inkjet prints op kunststof doek,

afmetingen variabel

zaterdag 15 november: ‘Avond van Wim’

 

 

Kijken

Achter het glas van DE RUIT hangen kleurige lappen textiel, grootformaat: 180 x 120 centimeter. In rijen naast elkaar, en achter elkaar; soms dicht op elkaar, dan weer met tussenruimten.

Dun-doek: flinterdun en fragiel, als vitrage of libellenvleugels. Bijna transparant: je kijkt er dwars doorheen – vooral ‘s avonds wanneer binnen licht brandt. Ook overdag, buiten, kun je door de voorste rijen de achterste zien. Je moet steeds opnieuw focussen: kijk je naar de voorste lappen, af meer naar achteren? Je moet voorbij kijken aan alle reflecties op het glas.

Op die transparante dundoeken fotografische afbeeldingen van handen: allerlei houdingen en gebaren. Geen mensen – enkel handen. Enorm uitvergroot; soms zie je alleen nog beeldpixels. Veel kleur ook – dat maakt die handen bijna tastbaar. Gigantisch groot, haast verpletterend – maar toch vooral heel menselijk, intiem.

‘Flags’ noemt Wim Bosch zijn installatie hier. Vlaggen. Meestal hangen die buiten, in de wind. Wapperen, en flapperen: je kunt vlaggen ook horen, vooral als die wind meer is dan een briesje.

 

Hier, binnen niks daarvan. De flags van Wim Bosch hangen bijna stil. Enkel zacht deinen, wiegen, glooien, op bewegingen van zuchtjes lucht: de voordeur die opengaat, warmte van de zon of de radiator, iemand die binnen langsloopt.

Verstild beeld dus, tegelijk stevig en vol zeggingskracht. Handen – wat zeggen ze?

 

Wim Bosch

Wim Bosch. ‘Plaquette (cassette) nr. 2’, 2023

 

Wim Bosch (1961, Groningen) studeerde in 1989 af aan Academie Minerva– als schilder. In 1992 won hij de ‘Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst’.

Tegenwoordig is hij vooral bezig met fotografie als digitale kunst. Niet dat hij zelf foto’s maakt. Hij gebruikt bestaand beeld, bijvoorbeeld uit kranten, magazines of andere publicaties. Vaak met zorg gemaakt, soms slordig en afgeraffeld. Vaak zijn ze niet een lang leven beschoren, tenzij in je herinnering: het meisje tussen de deuren van een goederenwagon richting Dachau, Abbey Road, de man voor de tank in Beijing, de traan van Máxima, Lady Gaga tijdens een concert op een strand. Iconische foto’s! Maar die van ‘Lisa-van-17’ lijkt nú alweer uit ons geheugen weggegleden…

 

Inas Abu Maamar (36) met haar nichtje Saly (5);

Khan Younis/Gaza Strip, 17 oktober 2023

(fragment) REUTERS/Mohammed Salem

 

Een overvloed van beelden – analoog, gedrukt, maar steeds vaker digitaal op je smartphone, laptop of TV-scherm, of in de openbare ruimte. Je kijkt ernaar, vaak tussen andere bedrijven door, maar je ziet ze eigenlijk nauwelijks. Ze beklijven niet. De krant belandt na één dag in de prullenbak, magazines misschien pas na een paar weken maar dan ook onherroepelijk. Foto’s in boeken overleven waarschijnlijk langer, maar ongezien: in je boekenkast, of de schappen van De Slegte…

Wim Bosch gebruikt dus bestaand fotomateriaal: krantenfoto’s, of beter gezegd fragmenten daaruit. Details van zulke foto’s: je ziet ze makkelijk over het hoofd, maar ze zijn vaak mooi, interessant, veelzeggend.

Bosch zoekt zulke details juist op. Hij knipt ze uit, en blaast ze gigantisch op. Wat in de oorspronkelijke context detail was staat nu centraal. Bosch nodigt je uit dáárnaar te kijken.

Aanvankelijk dus door ze stevig uit te vergroten. Daarna onderzocht hij ook andere manieren om ‘beeld’ – vaak digitaal, en veel, en vluchtig – meer impact te geven.  Geen strakke plaatjes aluminium meer of digitale schermen, maar ingebed in analoge, tastbare objecten uit hout of beton.

Dit jaar experimenteert hij met foto’s als prints op flinterdun textiel in de 3D ruimte – ‘vlaggen’.

 

Waar kijk je, wát zie je?

Even wat theorie. Als je een foto maakt – een bijzondere boom, een portret, een scorende spits, een huilende moeder in Gaza – zet je onwillekeurig het belangrijkste op een heel bepaald punt.

Grof gezegd: op 2/3 vanaf de linkerkant, en op 2/3 van onderaf. Dát punt springt het meest in het oog, trekt letterlijk alle aandacht. Je oog scant het hele beeld, ziet van alles, maar je komt uiteindelijk tot rust op dát snijpunt. Schilders weten dat al eeuwenlang. Juist dáár vind je de glimlach van Mona Lisa. Haar handen liggen op de onderlijst; je oog had ze al wel gezien, maar kwam uiteindelijk terecht op dat 2/3-2/3 punt: die smile! En ja, die handen: de rechter liggend op de linker, in plaats van andersom: zo liet Leonardo zien dat mysterieuze Lisa toch een deugdzame, trouwe echtgenote was… Die handen ondersteunen het hoofdmotief: dat portret.

 

 

Gebaren als taal

Wim Bosch focust al een tijd op ‘handen’ in krantenfoto’s. Handen van schrik of verbazing; van bevoelen en tasten; van troost of verbondenheid; van afweer bij gevaar, van ‘halt! stop!’; van vasthouden, strelen; van wijzen – “op de stip!”; hand-in-hand, of zorgzaamheid; van ontzetting of onmacht – de handen van ‘Jan Gat’ op Plein 1940; bidden, en zwaaien; een handshake na-de-wedstrijd; “kiekeboe!” en schrijven; enzovoorts.

 

 

‘Manuals’ – de titel van een fotoproject uit 2020 in ziekenhuis Rijnstate in Arnhem. Voor het eerst ‘handen’ – heel geschikt voor zo’n locatie.

Handelingen, handgebaren: gebaar als taal.

 

Vlaggen

Ook vlaggen spreken. In Nederland zijn we van oudsher tamelijk terughoudend met vlaggen, ‘de vlag uitsteken’. Eigenlijk alleen bij speciale gelegenheden, op speciale plekken. Op het Stadhuis aan de Coolsingel het rood-wit-blauw van Nederland, het groen-wit-groen van Rotterdam, en het blauw-met-sterren van de EU. Op 4 mei de vlag halfstok, de dag erna fier en feestelijk aan top. Op Koningsdag mag het overal. De vlaggenparade langs de Boompjes: vaak thematisch gekozen.

De Olympisch vlag met vijf kleurige ringen: alle continenten samen. In Thialf worden voor kampioenen vlaggen langzaam, statig omhooggetrokken – meteen daarna gaan ze omlaag. Rood-en-wit op de Kuip, én op het Kasteel, maar Woudestein kleurt zwart-en-rood. ‘Oranje-blanje-bleu, de ‘Prinsenvlag’ van extreemrechts. Maar op ons balkon flappert, fier en vrolijk, de regenboogvlag.

Op vlaggen vaak dus kleuren als ‘taal’. Tekst nauwelijks, laat staan zinnen: supermarkten, de kaaskraam op de Binnenrotte. Bij benzinestations vaak een woord als merknaam, in combinatie met een logo.

Beeld is op vlaggen zeldzaam, en dan vaak geabstraheerd, zoals de leeuw van de Zeeuwse vlag, oprijzend vantussen gestileerde blauwe golven. “Met vlag-en-wimpel” slagen – maar dan hangt je boekentas te bungelen.

Eigenlijk nergens wappert volledig naturalistisch, figuratief beeld. Daarin zijn de vlaggen van Wil Bosch uitzonderlijk.

 

 

 

‘Flags’ van Wim Bosch

Nu, bij DE RUIT, is niet de eerste keer dat Wim Bosch ‘Flags’ laat zien: vlaggen met handen. In februari 2025 hingen ze in Porto, de Galeria DINAMO van de kunstopleiding daar. Een grote, hoge hal met daarin 15 vlaggen, dicht tegen elkaar. Wie zich er tussendoor wurmde kon anderen nauwelijks zien aankomen.

 

In september hing ‘Flags’ in Amsterdam, tijdens de tentoonstelling BIG ART op leeggehaalde vloeren van het voormalige Slotervaartziekenhuis: ook groot, maar veel lager. De vlaggen hingen niet keurig ‘in lijn’, maar labyrintisch naast en achter elkaar. Bezoekers konden er dwalen en elkaar ontmoeten, en – samen hand-in-hand? – de voor- en achterkanten bekijken.

 

Steeds dezelfde vlaggen, in steeds wisselende ruimtelijke omstandigheden en in steeds wisselende combinaties.

Nu hangen ze bij DE RUIT. De glaspui is zeker niet klein, en ruim drie-en-een-halve meter hoog. Al-met-al toch een stuk kleiner dan de galeria in Porto, of die ziekenhuisvloeren. Hier kun je er ook niet tussendoor lopen: je ziet ze vooral achter en naast elkaar. Binnen doet dat waarschijnlijk de ruimte ‘ontploffen’, maar hoe ervaar je het van buitenaf, in de veel grotere maten daar?

 

 

Wim Bosch: “Drie keer ‘Flags’: als 2D schermen steeds anders in de ruimte-rondom. Ook zijn de vlaggen anders dan die constructies uit hout of beton als drager. Die moeten het hebben van fysieke zwaarte. De vlaggen zijn juist efemeer, fragiel, maar veel groter, even hoog als jij. Nu geeft dát de beelden de impact die ze verdienen.”

 

© Guus Vreeburg/DE RUIT

20251017

w. Wim Bosch