Nicole Wendel en Kirstin Burckhardt (Berlijn)

mmv Max Hilsamer (camera)

videoperformance 11’20”

te zien tot en met zondag 29 januari 2023

  6 januari, vanaf 20 uur: ‘midissage’

28 januari, vanaf 20 uur: Abend mit den Künstlerinnen

 


Still uit Wind in den Füßen, Nicole Wendel en Kirstin Burckhardt

Wind in den Füßen

Nicole Wendel (1975) en Kirstin Burckhardt (1986), kunstenaars in Berlijn, kennen elkaar al heel lang. Ze hebben alle twee ruime ervaring met performances: “Wij werken met ons lijf”. In Wind in den Füßen werkten ze voor het eerst samen. De afgelopen jaren voerden ze talloze gesprekken over ‘vriendschap’: ze vroegen zich af hoe ver je kunt opgaan in een vriendschap, zonder daarin je zelf te verliezen: zoeken naar de juiste balans. En hoe is dat voor kunstenaars – gewend om solistisch te werken?

Die vragen speelden ook toen ze afgelopen zomer hun gesprekken daarover omzetten in een gezamenlijke performance – de eerste keer dat ze daadwerkelijk samenwerkten. Als locatie kozen ze het platte dak van een leegstaande fabriek, met de Berlijnse S-Bahn op de achtergrond; daarbovenuit een tetterblauwe zomerlucht. De performance bestaat uit een aantal korte scènes. Nu eens leidt de een de ander, dan weer duwen ze elkaar weg; soms nemen ze afstand van elkaar, of zien ze een zwerm duiven die toevallig overvliegt: individuele vogels, maar samen één groep.

 

Van Berlijn naar DE RUIT

Wendel en Burckhardt besloten van die performance een video te maken. Hij duurt ruim 11 minuten, en bestaat uit een aantal korte scènes, ieder met een eigen thema. Die video is nu te zien als projectie op de ruit van DE RUIT – levensgroot. Zo is hij zichtbaar voor voorbijgangers op het trottoir, maar ook voor de bewoners binnen. Zo betrekken de kunstenaars ook ons als kijkers bij hun heel persoonlijke zoektocht, bij hun zoeken naar balans in hun vriendschap. En wat is onze rol daarbij: word je opgenomen in die vriendschap, of blijf je buitenstaander, wordt je misschien wel voyeur?

Die vragen kwam ook bij mij op toen ik een paar maanden geleden die video voor het eerst zag – in kunstruimte HAUNT in Berlijn, op een groot beeldscherm. Meteen wist ik: dit moet op de ruit van onze nieuwe DE RUIT. Niet alleen vanwege de puur visuele schoonheid ervan – twee haast engelachtige wezens, gekleed in wit en blauw, in een haast etherische dans. Maar ook inhoudelijk – deze vragen over vriendschap, hier op het scheidsvlak tussen kijkers in de openbare ruimte, op het trottoir, en de privé-ruimte binnen.

Nicole Wendel en Kirstin Burckhardt

“Ieder van ons is een eigen ‘ik’, met ieder een eigen persoonlijkheid Maar in een vriendschap ben je samen, word je ‘wij’, ‘ons’: een nieuwe, derde entiteit. In hoeverre kun je als het ware samensmelten, in elkaar oplossen – zonder je individuele persoonlijkheid te verliezen? Daarover hebben we lange gesprekken gevoerd. Waar liggen de grenzen, de begrenzingen tussen ‘ik’ en ‘jij’, de verschillen tussen jou en mij, en in hoeverre kun je dat delen? Die vragen over aspecten van vriendschap stelden we elkaar op privé-niveau, maar ook als kunstenaars, de professionals die we óók zijn.”

“Wij zijn twee mensen die om elkaar geven, en zij is een van mijn allerbeste vrienden. Maar nee: wij zijn geen stel, onze vriendschap is niet romantisch van aard. We hebben ieder ons eigen huishouden, onze eigen vrienden. In een vriendschap stimuleer je elkaar, maar bied je ook tegenwicht; een kwestie van trekken en duwen, van elkaar begeleiden en begeleid worden. Hoe intiem en close kan vriendschap worden, en hoeveel afstand wil je bewaren? Is het mogelijk je meest persoonlijke, particuliere, subjectieve ervaringen te vertalen naar anderen? Daar gingen we onze gesprekken over.”

“Hoe konden we dat naar de buitenwereld toe aan de orde stellen, duidelijk maken? Waar we allebei ruime ervaring hebben als performance kunstenaar, en we dus werken met ons lijf als beeldend materiaal/medium besloten we die vragen te laten zien via een performance, met onze lijven. Dat was best eng: waar onze vriendschap niet erotisch van aard is ontkwamen we in die performance niet aan allerlei fysieke aspecten, heel intiem. Ik houd van haar lijf – waarheen zou dat ons leiden?”

“Het is de eerste keer dat we als kunstenaars zo close samenwerken, samen één ding maken. Wat is daarbij míjn inbreng, wát die van haar? Waar kan ik haar ruimte geven, waar zij mij? Kon ik altijd de ruimte nemen die ik nodig had? Krijg ik voldoende ruimte van haar? Hoe ver mag ik afstand nemen, hoe veel afstand heb ik nodig. Wat wil ik laten zien, prijsgeven, en hoeveel wil ik voor mezelf houden? Dat moesten we al doende ontdekken, steeds opnieuw uitproberen. Zo is die performance als het ware een experiment in de praktijk geworden van waar we het in onze gesprekken over hadden.”

“Je kunt zo’n performance boven op een fabriek dak natuurlijk voor jezelf houden, maar wij wilden wat ons zo bezig hield ook laten zien. En het dus tot een video maken. Natuurlijk hadden we onze eigen smartphone cameraatjes, maar daarmee kun je niet alles laten zien. We hadden dus een videograaf nodig – dat werd Max [Hilsamer; gv].”

“Waar die performance tot dan toe enkel over ons twee ging, tussen ons twee speelde, kwam hij er nu als derde bij. Dezelfde issues speelden, maar nu naar hem toe; ik en hij, zij en hij, en wij twee en hij. In hoeverre durfden we onszelf, ons beiden samen naar hem openstellen; wat durfden we niet, wat durfde zij wél en ik niet; wat wilden we persé niet? hoeveel ruimte lieten we hem, hoeveel ruimte stonden we hem toe, hoeveel ruimte nam hij zelf; wat was té intiem, té privé om te delen met hem en met zijn camera, en via hem met jou – een kijker wij enkel kennen als verre vriend? Het publiek van HAUNT in Berlijn – daarmee voelen we ons langzamerhand wel vertrouwd. Maar  jullie publiek op het trottoir van DE RUIT – geen idee wie dat zijn… Die worden in zekere zin allemaal onderdeel van die performance over vriendschap en de grenzen daarvan en in hoeverre die grenzen star zijn of zouden kunnen oplossen.”

“Dit project is ontstaan als autobiografisch: het gaat over ons twee, en over de vriendschap tussen ons twee. Heel privé, heel intiem. Het erkennen van de notie dat het niet een kwestie is van ‘ik alleen / alleen ik / ik in m’n eentje’, maar ook van ’ik heb de ander nodig’. Een ‘Alleingang’ – dat gaat niet; je kunt niet zonder te denken in termen van gemeenschappelijkheid.”

‘En daar ligt wat ons betreft ook de grotere reikwijdte van dit project. Dat gaat niet alleen over ons twee, maar in het groot ook over de ‘ungesellige Geselligkeit’, zoals Kant het noemde. Aan de ene kant zijn we ‘maatschap’-pij, en tegelijkertijd verheerlijken we het individualisme. Daarbij is ‘vriendschap’ meteen al een politiek beladen issue, zei de Franse filosoof Jean-Luc Nancy. En ook Hannah Arendt had het over de ingewikkelde verhouding tussen enerzijds de gemeenschap, met haar totalitaire trekken, en anderzijds het individu, en diens vrijheid. De afgelopen Dokumenta liet een ‘weg van het neo-liberalisme’ zien, een ‘op weg naar gemeenschappelijks, naar samen’. Ons project is niet zozeer een pleidooi daarvoor, maar eerder een erkennen dat het alleen op die manier kan: balanceren op een evenwicht tussen ‘ik’ en ‘wij samen’. Dat geldt niet alleen op de schaal van twee afzonderlijke mensen, maar ook tussen groepen mensen, en zelfs tussen landen en staten onderling.

“Daarin ligt wat ons betreft de relevantie van ons project. Zoeken naar evenwicht, balans. Tussen ik en de anderen; tussen privé, intiem en publiek, openbaar; tussen ‘binnen’ en ‘buiten’, tussen ‘ik’ en ‘wij’ en ‘jullie’ en ‘zij’. Daarom vonden wij het meteen een mooi idee het op DE RUIT te laten zien. Helemaal aan het eind van de video zegt een van ons: “Der Wind ist noch nicht in meinen Füßen reingekommen.” Fysiek kan dat natuurlijk niet – wind in je voeten; het is een manier van spreken. Dan: “Jetzt! Jetzt fliegen wir!” In dat moment hebben we het evenwicht even te pakken, balanceren we: “Stimmt!”

Guus Vreeburg / DE RUIT; 20221222